God,

De donkere verwachtingsvolle dagen, de kerstboom, stille nacht en vrede op aarde liggen al weer ver achter ons.

Vuurwerk en goede voornemens geblust in een niet erg welwillende winter vol gladheid, sneeuw, ijzel, dooi en vorst. Het afgelopen jaar was overladen door natuurrecords en al weer is er van alles ongewoon. Ik vraag het me echt af Heer: vindt U het nou zo leuk om alles anders te sturen dan wij gewend zijn, of hebt U het niet zó in de hand als wij geleerd hebben te denken. Overkomt het U ook? Dichtgevroren plassen, sloten en vaarten, voor de één een bittere kwelling, voor de ander een bron van sportief winterplezier. Een pak sneeuw om je benen te breken of tomeloze pret met sleden, ski's en sneeuwpoppen. Mensenmeningen blijven verdeeld en er is altijd wel weer een basis voor onvrede en ruzie.

De wankele vredes waar al niet in de grote wereld buiten beschouwing gelaten, was het op 2 januari al weer volop in de media aanwezig. Topsporters, clubleiders, parlementariërs en vakbonders die elkaar langs een omweg zwart maken.

Op een middag stond ik uit het raam in mijn winterse tuin te kijken en er welde een vergelijking tussen de mensenwereld en de vogels in mijn geest op. Weet U, midden op het grasveld staat een voederhuisje. Er hangen vetbollen, mandjes met brood en nootjes en snoeren pinda's in de struiken.

Het was me een gekrakeel tussen de merels die dan toch maar weer gezamenlijk optrekken tegen een paar tortels die ook een graantje willen meepikken. Een ekster verjaagt het hele gezelschap, maar dat verhindert de vink, de mus en het roodborstje niet zich te goed te doen aan het kruim dat de kibbelaars lieten liggen. Maar ... dan de mezen, hebt U die ook bezig gezien?

Ze vliegen af en aan. Als er één landt op de vetbol of het zakje nootjes zit de ander op een tak vlakbij te wachten.

Vliegt pimpel weg om in de struiken zijn bekje leeg te eten dan is de beurt aan kool- of collega pimpelmees. Het blijft wisselen van de wacht zolang het licht is. Daar is wat van te leren hè?

God, ik denk niet echt zo negatief dat wij met zijn allen al weer vergeten zijn een jaartje leven achter ons te hebben gelaten en aan een nieuw begonnen te zijn, vol goede moed er iets van te maken. Ik heb de zon in mijn ziel en zal daar zeker niet de enige in zijn:

Zegen ons dan, Uw kinderen van goeden wille. Een lieve groet, Uw
Martha