God,
Goede Week en Pasen behoren tot het verleden. Zelfs beloken is al weer voorbij en toch denk ik er steeds weer aan terug. Op zich hebben de plechtigheden dit jaar niet zo'n indruk op me gemaakt.
Het spijt me; neem het me alstublieft niet kwalijk. De vreemde gedachte hield me bezig, dat het paasfeest speciaal voor onze streken was bedacht.
Jezus in de donkerste dagen van zijn aards bestaan, geslagen en gedood, herrijst tot leven in eeuwigheid; gezien en ongezien.
In de natuur zoeken we beelden voor wat hem is overkomen. Gisteren nog was het winters donker, vandaag is de bodem bedekt met fris jong groen vol kleurige stippen en zijn bomen en struiken watervallen van bloesem.
Stel je voor dat we aan het andere eind van de wereld woonden en opstanding zouden vieren als we net de winternacht insukkelen. We hadden geen begrijpelijke zichtbare beelden van een mogelijk nieuw begin.
Ook de golfoorlog is voorbij. Een goed teken, zou je zeggen; de volken kunnen opstaan uit de nacht van vernietiging en de wederopbouw ter hand nemen. Helaas, het is de andere kant van de wereld. In eigen huis duurt de strijd voort. Kan een dictator slechts met dood aan anderen worden verdreven?
Ik ben bang dat Uw mensheid nooit zal leren eens een stap van het eigen pad af te wijken om een ander door te laten. Nooit zal leren in vrede met elkaar te leven.
Misschien kan Pinksteren me straks hoopvoller stemmen.
Heer zend Uw Heilige Geest, als een roep om vrede.
Ik groet U,
Uw dochter Martha