God,

Mijn vader, zaliger gedachtenis, klaagde er in zijn hoge ouderdom over dat hij niet meer sliep. Als je na de maaltijd of onder het tv-kijken bij hem binnenkwam, kon hij zo vast in zijn stoel zitten slapen dat hij niet eens merkte dat je er was. Kennelijk duurde de tijd van waken hem te lang, de tijd van rusten toch te kort.

Ik tob daar vooralsnog niet mee. Slapen als een roos is zelfs niet van toepassing. Het is meer blok.

Toch merk ik wel dat ik tegenwoordig vaak droom. Meestal zijn 's morgens vroeg de droombeelden weer achter de horizon van mijn herinnering verdwenen. Soms kan ik ze ook precies navertellen als reuze ingewikkelde en vaak stomme verhalen. Zoals kort geleden:

Sebastiaan en ik waren met de auto onderweg en we belandden in een geweldige volksoploop. Een bonte mengeling van mensen waartussen militairen met veldgrijze kepies op en puttees aan. Kent U ze nog, die attributen? Ze hadden wel roodzijden uniformjasjes aan. Plotseling kwamen er van de einder twee helicopters aan in de vorm van enorme, bruine koffiemokken; ze waren van boven open en geheel gevuld. Ze moesten heel omzichtig landen om de hete koffie niet over de menigte te morsen. De koffie werd uitgeschept, maar er waren niet genoeg kopjes.

Ja, dromen hebben dikwijls iets gekwelds. Te weinig kopjes! Je trekt de koelkast open en één voor één kletteren alle flessen op de vloer. De kraan van het bad staat open en is niet dicht te krijgen. Het water stroomt de trappen af .... het blijkt een stortregen te zijn op het dak.

M'n laatste droom was minder onschuldig. Het was oorlog. Wereldbrand. Iemand had de fatale knop ingedrukt. We zaten bij elkaar, wachtend op de wolk die ons zou verzengen of die ons zou prijsgeven aan een lang en smartelijk sterven. Sidderend werd ik wakker. Sebastiaan sliep rustig ....

Weer gekalmeerd heb ik nog lang liggen denken. Het is toch het cynisme ten top. Op de feestdag van Allerheiligen aan de vooravond van de gedenkdag van onze geliefde doden wordt door een min of meer christelijke regering de mogelijke dood over een heel volk afgeroepen*. Wapens die eigenlijk niemand wil op z'n vaderlandse erf. Een volk sterft bij de eerste klap of bij het terugslaan, maar het sterft.

0 God, de mens, kroon op Uw schepping, een gevaar voor alle leven. De mens in opstand tegen HET LEVEN zelf.

Heer, heb erbarmen met ons omwille van hen die VREDE DOEN.

Uw dochter Martha

*) Het definitieve plaatsingsbesluit kernrakketten van de regering Lubbers op 1 november 1985